De Hartstichting geeft de komende jaren 2,5 miljoen euro voor een groot onderzoeksprogramma, IMPRESS geheten, voor het opsporen en behandelen van hart- en vaatziekten bij vrouwen. 400.000 euro gaat naar een van de onderzoeken in dit programma, geleid door Appelman.
Diagnostisch model voor cardiologen
Naast vernauwingen in de grotere kransslagaders om het hart, kunnen vrouwen ook vaatspasmen en problemen in de kleine bloedvaten van het hart ontwikkelen. Vaatspasmen treden op als bloedvaten ineens samentrekken of verkrampen. Er gaat dan minder bloed doorheen. Dit kan voorkomen in de grote, maar ook in de kleine bloedvaten van het hart. Hierdoor krijgen vrouwen pijn op de borst. Vaak gebeurt dit in rust, dus juist niet bij inspanning. Op dit moment is de zorg vooral gericht op het detecteren van vaatvernauwingen in de grote vaten, en minder op het detecteren van spasmen en microvasculaire hartproblemen. Daardoor is het onduidelijk hoe vaak spasmen en problemen met de kleine bloedvaten van het hart voorkomen, en welke beeldvorming uitgevoerd moet worden. IMPRESS gaat onderzoek doen bij vrouwen met klachten zonder vernauwingen in de kransslagaders. Dat gebeurt met hartkatheterisatie. De onderzoekers ontwikkelen een diagnostisch model om vrouwen beter te verwijzen voor een hartkatheterisatie en kijken welke andere, minder belastende technieken, geschikt zijn. Vrouwen die de diagnose vaatspasme krijgen, wordt gevraagd mee te doen aan een medicatiestudie om te bepalen of bepaalde medicatie helpt bij het verminderen van de klachten.
Betere beeldvorming en metingen
Met het geld voor het onderzoek wil Appelman ook onderzoeken hoe je aandoeningen in die kleinste bloedvaten zichtbaar kunt maken. Denk daarbij aan metingen in de kransslagaderen tijdens een hartkatheterisatie en nieuwe technieken die de microvaten goed in beeld brengen.
Vrouwenhart
Voor meer informatie over het vrouwenhart en onderzoek van Appelman, zie ook een eerder interview van de Hartstichting met haar over het vrouwenhart.
Onderzoekers Jolanda van de Velden, Leonard Hofstra en Ruben Coronel van Amsterdam UMC zijn ook betrokken bij IMPRESS.
