Alle ongeplande acute zorg op één locatie en een specialistische spoedopvang op de andere locatie, dat is het ambitieuze plan van Amsterdam UMC. De komende jaren gaat de ongeplande acute zorg – zeg maar de 112-telefoontjes – naar de AMC-locatie aan de Meibergdreef. Dat zal in stappen gebeuren. “We willen de meest zieke mensen de beste zorg geven”, zegt Mark Kramer van de Raad van Bestuur.

Na de bestuurlijke fusie tussen VUmc en het AMC in 2018 was al duidelijk dat de acute zorg op termijn naar de Meibergdreef zou gaan. Hoe dat georganiseerd wordt, is nu vastgelegd in een advies van de commissie Acute Zorg. Het is in potlood geschreven, geeft commissievoorzitter Jaap Bonjer aan. Eerst maar kijken hoe de betrokken medewerkers en de buitenwereld hierop reageren. Want zo’n ingrijpende verschuiving van de zorg heeft invloed op veel partijen: de medewerkers van de spoedeisende hulp en van andere afdelingen die betrokken zijn bij acute zorg, ziekenhuizen in de regio, de ambulancedienst van Amsterdam, huisartsen, verloskundigen, de GGZ, verpleeghuizen, noem maar op. “Voordat we een besluit nemen, willen we met hen afstemmen”, zegt Kramer.

Kramer en Bonjer spreken dan ook van een eerste advies, een richting. Met als uitgangspunt dat de spoedeisende hulp anders wordt ingericht. In het kort de plannen: op termijn zal alle ongeplande acute zorg naar de AMC-locatie gaan. Ambulances die op een 112-melding reageren, rijden dan niet langer naar de VUmc-locatie maar naar de Meibergdreef. Ook mensen die zelf naar de SEH gaan, kunnen alleen in zuidoost terecht. Op de VUmc-locatie aan de De Boelelaan komt een Specialistische Spoed Opvang. Die ontvangt – na overleg – alleen spoedpatiënten die gespecialiseerde acute zorg nodig hebben van de specialismen die daar gevestigd zijn, zoals Maag-, Darm-, Leverziekten, Chirurgie, Medische Oncologie of Hematologie. Overigens blijft op locatie VUmc zorg aanwezig voor acute situaties die kunnen ontstaan bij patiënten die er zijn opgenomen. De locatie aan de De Boelelaan behoudt een volledig ingerichte intensive care en acute-opnameafdeling.

Verbouwingen

Deze plannen zorgen voor een forse ombuiging van de stroom patiënten die jaarlijks op de spoedeisende hulp belanden. Beide locaties krijgen nu elk ruim 25.000 bezoekers per jaar. Als de verhuizing helemaal achter de rug is, zal 85 procent (zo’n 43,5 duizend patiënten) naar de AMC-locatie komen, bijna een verdubbeling van het huidige aantal. Voor zulke ingrijpende veranderingen zijn verbouwingen nodig, zoals de uitbreiding van de SEH en een grotere hal voor de ambulances.

Het wordt dan ook een meerjarenplan dat stapsgewijs zal worden uitgevoerd. Dat begint met de verhuizing van de acute kindergeneeskunde en de acute verloskunde, gevolgd door cardiochirurgie en vaatchirurgie, allemaal gepland voor dit jaar. Voor begin 2022 staat een belangrijke ‘schuif’ op de planning die veel impact zal hebben op het aantal acute patiënten dat richting de Meibergdreef gaat: die van de traumazorg (ongevallen) en acute neurozorg.

Tijdspad

Een preciezer tijdspad geeft Kramer bewust niet. “Dat hangt af van de gesprekken die we met de betrokkenen hebben.” Zo is er bijvoorbeeld afstemming nodig met het Amsterdamse OLVG-ziekenhuis dat ongeveer dezelfde beweging gaat maken. OLVG wil de complexe acute zorg volledig overbrengen van locatie Oost naar locatie West. Tel daar het faillissement van het Slotervaart ziekenhuis bij op, en je hebt straks nog maar 2 volwaardige SEH’s in de hoofdstad.

Bonjer: “Daarom moeten we de zaken anders organiseren zodat we altijd spoedzorg kunnen bieden. Dat betekent onder meer uitbreiding van de SEH-capaciteit aan de Meibergdreef. Qua reistijd naar de overgebleven spoedeisende hulp maakt het niet veel uit. Of je nou naar de AMC- of de VUmc-locatie gaat vanuit het centrum van Amsterdam, het scheelt hooguit een paar minuten.”

Beste opvang

Waarom deze concentratie van zorg op één locatie? “Om de hoogste kwaliteit van zorg te kunnen bieden”, stelt Kramer. “Dat is ook een van de belangrijkste redenen achter het samengaan van AMC en VUmc. “We willen onze kennis en kunde combineren, dat doen we met dit plan op het hoogste zorglevel. Zeer ernstig zieke patiënten krijgen op deze manier de beste opvang, door een arts met specialistische kennis.”

Omdat de acute zorg in de huidige situatie verdeeld is over 2 centra, draaien er 2 ploegen naast elkaar. Waardoor bepaalde medisch specialisten – zogenaamde poortspecialisten, waarnaar patiënten in eerste instantie doorverwezen worden – niet continu in huis zijn. Kramer: “In het nieuwe plan zijn deze er 24 uur per dag, 7 dagen per week. Dat is een groot verschil met de meeste andere SEH’s waar deze specialisten in de nachtelijke uren alleen beschikbaar zijn op basis van oproep.”

Ander voordeel: je kunt de beschikbare verpleegkundigen efficiënter inzetten, waardoor de bezetting voor minder problemen zorgt. “Het is makkelijker als je maar op één plek de dienstroosters hoeft te vullen”, legt Kramer uit. “We kampen al heel lang met een tekort aan speciaal opgeleide verpleegkundigen voor spoedeisende zorg, dus hoe efficiënter we te werk kunnen gaan, hoe beter.”

Nog meer specialiseren

“De concentratie van zorg geeft ons bovendien de mogelijkheid om nog meer te specialiseren”, vult Bonjer aan. Een voorbeeld: “Door de verschuiving van de acute zorg naar de AMC-locatie heb je straks 12 traumachirurgen en 6 orthopedisch chirurgen op één plek. Die kunnen zich toeleggen op een bepaald soort verwondingen. De een richt zich op het bekken, de ander op de ruggenwervels en nummer drie is gespecialiseerd in de onderste extremiteiten.”

Bottomline is dat de Amsterdammer er beter van moet worden, benadrukt Kramer. De weg naar die betere zorg staat nu in een uitgebreid plan dat een breed draagvlak nodig heeft.

Tekst: Irene van Elzakker
Foto: Hans Brouwers