Overzicht van de promoties en oraties van Amsterdam UMC. Vanwege de situatie rondom het coronavirus verdedigen promovendi hun onderzoek nu digitaal.

Maandag 8 maart
Promotie (VU) 11.45 uur online 

Mirjam Stuij: Beweging in de type 2-diabeteszorg

Bewegen wordt beschouwd als een ‘hoeksteen’ van de diabeteszorg. Hoe gaan mensen met type 2 diabetes om met de boodschap dat ze meer moeten gaan bewegen omdat dat goed is voor hun gezondheid? Wat vinden zorgverleners van bewegen als onderwerp van zorg? Wat kunnen we leren van inspirerende praktijkvoorbeelden, zoals wandelgroepen georganiseerd door zorgverleners of praktijken waarin verhalen uitwisselen centraal staat? Deze vragen komen aan bod in het proefschrift van Stuij.
Gebaseerd op diepte-interviews en (participerende) observaties reflecteert de onderzoeker op wat we kunnen leren van ervaringen van mensen met type 2 diabetes en zorgverleners met ‘beweegzorg’. De krachtige verhaallijn over de voordelen van fysieke activiteit (‘bewegen als medicijn’) en de daaraan gerelateerde sterke nadruk op individuele verantwoordelijkheid voor gedrag kunnen leiden tot negatieve zorgervaringen bij mensen met diabetes. 
Ze worden namelijk niet als persoon gezien maar, in de woorden van een respondent, als ‘gewoon de volgende diabetespatiënt’. Door de inrichting van de diabeteszorg, die focust op uitslagen in plaats van mensen en beperkte tijd per patiënt, bestaat het risico dat zorgverleners hun motivatie verliezen om goede ‘beweegzorg’ te (blijven) leveren. De promovenda pleit voor meer ruimte voor professionele expertise om de zorg in te richten.
Physical activity in type 2 diabetes care: A critical narrative study

Woensdag 10 maart
Promotie (VU) 11.45 uur online 
Max Huber: Het organiseren van empowerment in een institutionele setting

Max Huber onderzocht het organiseren van empowerment processen. Hij richtte zich specifiek op ‘Je Eigen Stek’ (JES), dat tien jaar geleden is begonnen door een groep dakloze mensen. De initiatiefnemers wilden een einde maken aan hun dakloosheid en de bijbehorende extreme bestaansonzekerheid. Zij begonnen met opvang in zelfbeheer, gefaciliteerd door sociaal werkers en HVO-Querido, een maatschappelijke opvangorganisatie. JES is gebaseerd op het uitgangspunt dat dakloze mensen een opvang beter zelf kunnen beheren.
Dit bestudeerde Huber de afgelopen tien jaar in samenwerking met JES en anderen. Hij sprak met (oud-)bewoners, ervaringswerkers, sociaal werkers en andere betrokkenen. Daarnaast organiseerde hij focusgroepen, observaties en participatief actie-onderzoek. Hij concludeert dat hoewel JES niet alles was voor iedereen, JES veel dingen betekende voor veel mensen. Dat kwam door het aanbieden van praktische voordelen, keuzevrijheid en mogelijkheden voor capaciteitsontwikkeling. De intrinsieke tegenstellingen van JES dwingen deelnemers, ervaringswerkers, sociaal werkers en andere betrokkenen om zelfbeheer voortdurend te heroverwegen.
Sailing of selfmanagement

Woensdag 10 maart
Promotie (UvA) 14.00 u, online  

Bahar Arik: De vorming van nieuwe bloedvaten
De binnenkant van de bloedvaten is bekleed met endotheelcellen. Als een vat beschadigd is vanwege een wondje, kunnen deze cellen snel een nieuw vat maken om de schade te herstellen. Dat heet angiogenese. Dit is niet altijd goed, want ook bij tumorgroei en sommige oogziekten speelt de aanleg van nieuwe bloedvaten een rol. Een tumor kan niet groeien zonder bloedvaten. Bloedvatvorming in het oog kan leiden tot slechtziendheid. Arik heeft in kaart gebracht hoe die endotheelcellen werken en heeft drie types van de cel (tip, stalk en phalanx) beschreven die een rol spelen bij angiogenese.
Tip cell whose side are you on?
Endothelial tip cells and non-tip cells in angiogenesis  

Donderdag 11 maart
Promotie (UvA) 10.00 u, Online 
Joyce Veld: Darmafsluiting door tumor

Als een tumor de darm afsluit, moet de patiënt met spoed naar het ziekenhuis. De ontlasting kan het lichaam namelijk niet meer op natuurlijke wijze verlaten  en de arts moet snel ingrijpen. Meestal wordt tijdens een acute operatie een stuk van de darm met daarin de tumor verwijderd om het probleem op te lossen.
Volgens Veld kan deze acute resectie bij bepaalde patiënten tot ernstige complicaties leiden, vooral bij oudere en fragiele patiënten. Ze heeft gekeken of twee alternatieve technieken geschikt zijn om de blokkade tijdelijk op te heffen, zoals een tijdelijk stoma of een stent (hol buisje) door de tumor. Er is dan meer tijd voor bijvoorbeeld verbetering van de klinische conditie van de patiënt in aanloop naar de uiteindelijke operatie waarbij de tumor wordt verwijderd.
Veld constateert dat deze technieken bij sommige patiënten, met name de oudere patiënt, beter uit kunnen pakken. Het is moeilijk te zeggen welke van de twee technieken de beste is. Dat heeft te maken met de precieze plaats van de tumor, bepaalde patiëntkenmerken en de voorkeur van de patiënt. De behandeling van een acute darmobstructie door darmkanker moet op de individuele patiënt toegespitst worden.
Treatment of obstructive colon cancer: a shifting paradigm

Vrijdag 12 maart
Promotie (UvA) 10.00 u, online 
Sandor Schokker: Nieuwe behandelingen voor slokdarmkanker
Slokdarmkanker en maagkanker staan beide in de toptien van meest voorkomende vormen van kanker. Het aantal diagnoses neemt toe. Bovendien is de prognose slecht, ondanks de vooruitgang van de behandeling in de afgelopen jaren. Dit geldt voor patiënten die genezend (curatief) behandeld worden, maar ook voor patiënten die levensverlengend maar niet meer genezend, (palliatief) behandeld worden. De vijfjaarsoverleving voor de totale groep (curatief en palliatief) is voor beide vormen van kanker in Nederland ongeveer 24 procent. Daarom zijn nieuwe behandelmethoden nodig in zowel de curatieve als de palliatieve setting.
Towards Novel Systemic Treatment Approaches in Esophagogastric Cancer

Vrijdag 12 maart
Promotie (UvA) 13.00 u, online 
Mina Karami: Betere behandeling na shock

Na een hartinfarct raakt een deel van de patiënten in shock. Het hart pompt niet (goed) meer waardoor belangrijke organen onvoldoende doorbloed raken. Dit is een levensbedreigende situatie en de kans op sterfte is ongeveer 50 procent. De afgelopen tien jaar is de prognose van deze patiënten nauwelijks verbeterd. Karami heeft onderzoek gedaan naar de ondersteuning van deze patiënten met medicatie of een mechanische circulatie-apparaat (hartpomp of hartlongmachine). Op dit moment is er echter onvoldoende bewijs dat deze therapieën de overleving van de patiënten verbeteren.
Er is meer onderzoek nodig naar bestaande en nieuwe behandelstrategieën.
Hemodynamic Support in Cardiogenic Shock