Wetenschapsagenda tweede helft december 2017

Overzicht van de promoties, oraties, symposia en bijeenkomsten van het AMC in de tweede helft van december 2017

19/12
Promotie
Betrek private partijen bij gezondheidszorg Namibië
Ingrid de Beer: ‘Engaging the private sector in public health challenges in Namibia’.
De private sector in Namibië kan een belangrijke aanvullende rol spelen in de publieke gezondheidszorg. Volgens De Beer zijn er specifieke interventies denkbaar voor de private sector om uitdagingen in Namibië aan te pakken, zoals hiv en andere ziektes die veel voorkomen. Ze denkt aan het creëren van bewustzijn rond gezondheid, het bevorderen dat mensen naar de dokter gaan, de ontwikkeling van betaalbare verzekeringen en voorlichting op het platteland. Het is belangrijk dat het effect van deze interventies wordt vastgelegd om de beleidsmakers te informeren en zo het vertrouwen tussen publieke en private sector te vergroten.
De Beer onderzocht hoe de private sector betrokken kan worden bij de volksgezondheid. Ze keek naar specifieke interventies waarbij ze zich richtte op de patiënt, de financier, de zorgverleners en de beslissers. Uitgangspunt was om de private en publieke sector samen te laten werken. Het onderzoek toont aan dat de privésector, die vaak argwanend wordt bekeken door Afrikaanse regeringen vanwege het doel om winst te maken, een belangrijke rol kan spelen.
Promotor: prof. dr. T.F. Rinke de Wit
Co-promotor: prof. dr. J. van der Gaag
Plaats en tijd: Agnietenkapel, 12.00 uur

20/12
Promotie
Nieuwe therapie lymfeklierkanker onder de loep
Martin de Rooij: ‘Targeting the BCR signalosome in B cell malignancies’.
Een nieuwe therapie voor patiënten met kanker aan het beenmerg en/of de lymfeklieren werkt in 70 procent van de gevallen. Deze patiënten krijgen geen chemotherapie, maar slikken één pilletje per dag. De Rooij wilde het werkingsmechanisme van dit medicijn verder ophelderen. Hij stelt dat deze nieuwe kennis kan worden gebruikt om andere medicijnen te ontwikkelen.
De promovendus heeft gekeken naar de ziekten chronische lymfatische leukemie, mantelcel lymfoom en Waldenström macroglobulinemia (verschillende vormen van non-Hodgkin lymfoom). Hiervoor is een nieuw medicijn ontwikkeld dat de zwelling van de lymfeklier doet afnemen, maar het gevolg is ook dat het aantal lymfocieten (witte bloedcellen) toeneemt. Dat laatste is een teken dat de ziekte verergert, hoewel de patiënten zich beter voelen. De Rooij heeft geprobeerd deze tegenstrijdige bevinding te duiden.
De verklaring is dat het nieuwe medicijn anders werkt en zich niet richt op het doden van de lymfocyten. Het medicijn bewerkstelligt dat de lymfocyten uit de vertrouwde omgeving worden gehaald, zodat ze niet meer worden voorzien van groei- en overlevingsfactoren. Ze komen in de bloedbaan en gaan dan na een aantal weken dood.
Promotor: prof. dr. S.T. Pals
Co-promotor: dr. M. Spaargaren
Plaats en tijd: Agnietenkapel, 14.00 uur

21/12
Promotie
Pessarium voorkomt geen vroeggeboorte
Frederik Hermans: ‘Improving identification and treatment of women with increased risk of preterm birth’.
Het pessarium is geen effectieve behandeling om vroeggeboorte te voorkomen bij vrouwen die te vroeg dreigen te bevallen. Vroeg in de zwangerschap moet worden begonnen om het risico op vroeggeboorte te verkleinen, stelt Hermans in zijn proefschrift over het opsporen en behandelen van vrouwen die een grote kans hebben op vroeggeboorte bij een zwangerschap.
De belangrijkste boodschap uit het proefschrift is dat er voor een specifieke groep vrouwen met een verhoogd risico op vroeggeboorte geen effectieve behandeling is om dit risico te verkleinen. Hij heeft onderzocht of vroeggeboorte kan worden voorkomen door een rubberen ring (pessarium, eigenlijk bedoeld als voorbehoedsmiddel) om de baarmoedermond te schuiven, waardoor een soort stut ontstaat. Dat bleek niet het gewenste effect te hebben.
Hij adviseert verder te zoeken naar methoden voor vroege screening en preventieve behandelingen om te voorkomen dat een zwangere te vroeg bevalt. 
Promotores: prof. dr. E. Pajkrt en prof. dr. B.W.J. Mol
Co-promotores: dr. M. Kok en dr. E. Schuit
Plaats en tijd: Agnietenkapel, 12.00 uur

21/12
Oratie
Utopia aan de Amstel
Ter gelegenheid van zijn benoeming tot hoogleraar Gynaecologische Oncologie houdt prof. dr. Frédéric Amant zijn oratie getiteld Utopia aan de Amstel.

In het boek Utopia, dat in 1516 van de drukpersen in Leuven rolde, beschrijft Thomas More de ideale republiek en het nieuwe eiland Utopia. Amant schetst in zijn oratie de ideale dienst Gynaecologische Oncologie in Amsterdam. Hij stelt dat centralisatie van de gynaecologische oncologie op één locatie in Amsterdam zal bijdragen aan hoogstaande kwalitatieve zorg en excellent onderzoek.
Een unilocatie waar alle patiënten met een kwaadaardige tumor van de vrouwelijke voortplantingsorganen in één centrum worden behandeld, is de weg vooruit. Het is een algemeen gegeven dat de zorg voor een grotere patiëntenpopulatie resulteert in een betere kwaliteit die zich ook uit in een betere overleving. Door deze centralisatie kunnen specialisten zich verder verdiepen in specifieke thema’s en operaties waar ze vervolgens meer ervaren in worden.
Het bundelen van het onderzoek leidt tot schaalvergroting met centralisatie van expertise en efficiënter gebruik van ruimte en mensen. Het onderzoek kan beter gecoördineerd worden, onderzoeksaanvragen kunnen op elkaar afgestemd worden en meer patiënten kunnen deelnemen aan klinisch onderzoek om zo sneller tot een resultaat te komen.
Ook docenten zullen hun tijd voor lessen en opleiding beter benutten. Administratieve krachten kunnen efficiënter ingezet worden in één structuur. Uiteindelijk zal schaalvergroting nationale en internationale samenwerkingsmogelijkheden optimaliseren. Kortom, een unilocatie voor de Gynaecologische Oncologie in Amsterdam zal bijdragen tot betere kwalitatieve patiëntenzorg, efficiënter onderwijs en kwalitatief hoogstaand onderzoek.
Plaats en tijd: Aula, 16.00 uur

22/2

Promotie
Plasproblemen na zwangerschap
Femke Mulder: ‘Postpartum urinary retention. Risk factors, clinical impact and management’.
Zwangerschap en bevallen vormen risicofactoren voor het ontwikkelen van plasproblemen, bijvoorbeeld incontinentie, in het verdere leven. Daarom wordt gezocht naar aanpassingen tijdens de zwangerschap en bevalling om die plasproblemen te voorkomen. Mulder heeft onderzocht of urineretentie – het niet goed kunnen plassen na de bevalling – een rol speelt bij het ontwikkelen van plasproblemen in het latere leven.
Ze keek daarbij zowel naar symptomatische postpartum urineretentie, waarbij de moeder niet spontaan tot plassen komt binnen zes uur na de bevalling, als naar de asymptomatische variant, waarbij na het plassen een verhoogd restvolume urine achterblijft in de blaas.
Promotores: prof. dr. J.P.W.R. Roovers en prof. dr. J.A.M. van der Post
Co-promotor: dr. R.A. Hakvoort
Plaats en tijd: Aula, 11.00 uur

22/12
Promotie
Gepersonaliseerde behandeling van kanker
Remco Molenaar: ‘Towards personalised medicine for cancer: From initial therapy to follow-up’.
Het onderzoek van Molenaar bestaat uit drie verschillende delen. Het eerste deel gaat over de rol van mutaties in genen die coderen voor enzymen die betrokken zijn bij een aantal soorten kanker, zoals hersentumoren, bloedkanker, galwegtumoren en kraakbeentumoren. In het tweede deel richt hij zich op de rol van mutaties in kankercellen die chemotherapie of bestraling ondergaan. Tot slot bespreekt Molenaar vroege en late nadelige effecten van radiotherapie.
Promotores: prof. dr. C.J.F. van Noorden en prof. dr. W.P. Vandertop
Co-promotores: dr. J.W. Wilmink en dr. F.E. Bleeker
Plaats en tijd: Aula, 13.00 uur