Op de IC Neonatologie (ICN) van Amsterdam UMC werken sinds begin oktober vijf ‘zorgondersteuners’. Dat zijn extra opgeleide kraamverzorgenden die de ICN-verpleegkundigen helpen met de zorg voor baby's die veel te vroeg geboren zijn of ziek zijn. “Met deze nieuwe functie spelen we in op het tekort aan ICN-verpleegkundigen.”

“Na de meeloop-dag wist ik het meteen: dit wil ik!”, vertelt de kersverse zorgondersteuner Marcella Anson. “Tegelijk vond ik het behoorlijk heftig. Je wordt geconfronteerd met extreem premature  en zieke pasgeborenen; heel wat anders dan ik als kraamhulp bij gezinnen thuis gewend was. Toch voelde ik direct dat ik iets wil doen voor deze kleine vechtertjes.”

Pilot

Begin oktober ging Anson samen met vier collega’s aan de slag als zorgondersteuner op de IC Neonatologie van Amsterdam UMC. Magda van Korlaar, hoofdverpleegkundige a.i. en projectleider: “Dit is een pilot van een jaar waarin we kijken of deze nieuwe functie zorgt voor verlichting van de werkdruk voor ICN-verpleegkundigen.” De ondersteuners kunnen een grote hoeveelheid taken oppakken. Bovendien hebben zij uitstekende ervaring met het opstarten van borstvoeding en het ondersteunen van de moeders hierbij, wat voor deze baby's uitermate belangrijk is.

Geborgenheid

De zorgondersteuners zijn gekoppeld aan een vaste begeleider, maar helpen alle verpleegkundigen op de afdeling. Ze worden nu nog opgeleid, maar hopen zo snel mogelijk zelfstandig te kunnen werken. Anson: “We helpen de verpleegkundigen op alle mogelijke gebieden: met kasten bijvullen en de werkplekken netjes houden, en ook met de zorg. Als een verpleegkundige een handeling bij een pasgeborene moet doen, leg ik twee handen om het kindje heen zodat het zich geborgen voelt. Als de verpleegkundige klaar is en verder gaat, blijf ik bij het kindje totdat ik voel dat het weer tot rust is gekomen.”

Ontwikkelingsgerichte zorg

Van Korlaar vult aan: “Dat kan soms wel 10 tot 20 minuten duren. Tijd die ICN-verpleegkundigen niet hebben. Dat we pasgeborenen deze geborgenheid bieden, is belangrijk voor hun ontwikkeling. Het vormt een belangrijk onderdeel van onze ontwikkelingsgerichte zorg.” Als de ouders niet aanwezig kunnen zijn, kan de zorgondersteuners ook gevraagd worden om het kindje op schoot te nemen. Anson: “Dat is echt een bonus voor mij; het zorgen voor pasgeborenen doe ik zo graag!”

Verdieping

Alle vijf de zorgondersteuners komen uit de kraamzorg. Anson: “Ondanks dat het werk veel gemeen heeft met de kraamzorg, is de omgeving compleet anders. Voor een kraamverzorgende is dit daarom een uitgelezen kans om meer verdieping in je werk te krijgen. Ik ben heel blij dat ik de kans heb gekregen om aan deze pilot mee te mogen doen.”  

Tekst: Eva Cornet
Foto: Sake Rijpkema