Consortium boekt succes

Een vanuit het AMC geleid consortium dat onderzoek doet naar een zeldzame vorm van bloedarmoede – Diamond-Blackfan Anemia – blijkt een groot succes. Inmiddels beschikt het over gegevens van een van de grootste DBA-patiëntengroepen ter wereld. De Europese Unie verstrekte onlangs voor de tweede keer een subsidie van 1,3 miljoen euro.

Diamond-Blackfan Anemia (DBA), genoemd naar de twee Amerikaanse artsen die de ziekte in 1938 voor het eerst beschreven, is grotendeels nog onbegrepen. Hoewel steeds meer bekend wordt over de moleculaire mechanismen achter de aandoening, is ook duidelijk dat er nog veel onontdekte genen en genmutaties moeten zijn die betrokken zijn bij meer of minder ernstige varianten van de ziekte. Een consortium van clinici en onderzoekers uit Nederland, Frankrijk, Duitsland, Italië, Israël, Polen en Turkije heeft inmiddels gezamenlijk zo veel patiënten in zijn database dat er nieuwe DBA-genen werden gevonden.

Bloedtransfusies

“We begonnen in 2012 met de twee grootste DBA-patiëntenregistraties in Europa en een subsidie van 1,2 miljoen euro voor drie jaar onderzoek. Nu hebben we ook de derde grootste registratie erbij, en beschikken we over een van de meest omvangrijke registraties ter wereld met gegevens van 1150 patiënten. En we kregen voor nog eens drie jaar subsidie”, vertelt Alyson MacInnes van het het AMC-lab Genetische Metabole Ziekten. Zij is coördinator van EuroDBA, zoals het consortium heet. Het geld is afkomstig uit het tien jaar geleden opgerichte E-rare subsidie-programma, waarmee de EU research naar zeldzame ziekten steunt. Vanwege dit jubileum bracht E-rare een folder uit met daarin de drie grootste succesverhalen, waaronder dat van EuroDBA.

DBA is een erfelijke bloedafwijking die bij 5 tot 7 op de 1 miljoen geboortes optreedt. Het beenmerg produceert onvoldoende rode bloedcellen, die essentieel zijn voor het transport van zuurstof vanuit de longen naar andere delen van het lichaam. Dat kan leiden tot ernstige bloedarmoede en andere afwijkingen. Meestal wordt de ziekte voor het eerste jaar ontdekt, met symptomen als bleke huid, kortademigheid, gebrek aan energie, snel vermoeid raken. Ongeveer veertig procent van de kinderen met DBA vertoont uiterlijke kenmerken zoals afwijkingen aan de duim, het hoofd of gezicht, nier- of hartdefecten en een kleine gestalte.

Behandeling bestaat uit het levenslang geven van steroïden om het beenmerg te stimuleren meer rode bloedcellen aan te maken, of bloedtransfusies. De enige mogelijkheid op genezing is door middel van een beenmergtransplantatie, als er een goede donor kan worden gevonden. Patiënten overlijden nogal eens door de complicaties van de transplantatie of van de bloedtransfusies.

Meest onderzocht

Om de behandeling te verbeteren, is meer kennis nodig over de genetische aspecten van de ziekte. “DBA is een van de meest onderzochte zeldzame ziektes”, zegt MacInnes. “Dat komt omdat de pathofysiologie (hoe ontstaat een ziekte) zeer interessant is. De genen die betrokken zijn bij de ziekte, zijn verantwoordelijk voor de ribosomen. Dit zijn kleine cellulaire structuren die belangrijk zijn voor het bouwen van eiwitten die in iedere lichaamscel voorkomen. Waarom krijg je dan alleen maar bloedarmoede als zo’n gen defect is?”

Er zijn een stuk of elf genen bekend die geassocieerd zijn met DBA en die coderen voor ribosomale eiwitten. Die zijn voor 60 tot 65 procent van de ziektegevallen verantwoordelijk. Alleen door de genen van grote groepen patiënten te onderzoeken, kunnen ook andere mutaties worden gevonden. Als er een mutatie wordt aangetroffen in een nieuw gen, schakelt MacInnes dat uit in embryo’s van zebravissen om te kijken of ze bloedarmoede krijgen.

“Nu we gegevens hebben over meer patiënten, zullen we ook uitingen van de ziekte tegenkomen die we eerst misten. Zo is inmiddels bekend dat DBA-patiënten vaker bepaalde vormen van kanker krijgen. Ook willen we snellere diagnostiek ontwikkelen – dat kan alleen als je weet welke mutatie er in het spel is. Zonder mutatie gaat het vrij omslachtig: er wordt eerst op andere vormen van bloedarmoede getest voordat de arts naar DBA kijkt. En dan zijn er ook nog patiënten die ten onrechte de diagnose krijgen. Met een goede diagnostische test kun je dat voorkomen.”

Door Irene van Elzakker