11 nov 2019 | Verhaal

Op het operatiebed in virtual reality

De poli Cardiologie laat patiënten met virtual reality alvast het moment beleven dat ze gekatheteriseerd worden, en onderzoekt of dit leidt tot minder angst. “Nu komt zeker dat beademingskapje, he?”

Het gaatje in haar hart moest worden gedicht, en ze zou ervoor waken dat ze ondanks die ingreep haar openhartigheid niet zou verliezen. Maar toen de datum naderde, overheerste bij Neske Beks (47) toch vooral een verlammende angst. “Zo bang. Vooral voor mijn zoon. Hij maakte vanaf zijn zestiende mee dat ik een herseninfarct kreeg en ziek werd. Dat was een grote shock voor hem. Hij heeft vrienden die een ouder hebben verloren. ‘Ik ben zo bang dat je doodgaat’, zei hij tegen mij. Ik wist wel dat het geen grote ingreep was. Maar je maakt toch een film in je hoofd.” 

Hoofdrol

Op de polikliniek interventiecardiologie kreeg Beks precies dát voorgeschoteld: een film met haarzelf in de hoofdrol. Onderzoekers Jean-Luc Hooglugt (23) en Marinka Oudkerk Pool (26) zetten haar een virtual reality-bril op. Door die bril zag zij wat er de volgende dag ging gebeuren. Sterker nog, het leek welhaast alsof het al zo ver was, en ze er middenin zat. Ze ligt al in het bed, ziet haar benen voor zich uitgestrekt onder de dekens. Draait ze haar hoofd naar links achter zich, dan staan daar monitoren en twee verpleegkundigen die naar de schermen turen. Ze kan zelfs het plafond van de hartkatheterisatiekamer bestuderen - maar haar aandacht wordt getrokken door professor Rob de Winter, die aan haar bed staat en tegen haar praat. “We gaan het gaatje in uw boezemtussenschot sluiten met een parapluutje”, legt hij uit. Hij heeft een voorbeeldje meegenomen om haar te laten zien hoe zo’n parapluutje eruit ziet. 

Stap voor stap zet de arts in het filmpje uiteen wat er gaat gebeuren, alsof het al daadwerkelijk zo ver was. Daar is de verpleegkundige al met het beademingskapje en haar stem wordt steeds zachter. Beks hoort haar nog net zeggen ‘waardoor u in slaap zal vallen’. Daarna: “Hallo, wordt eens wakker,” en het zwarte beeld van de narcose verandert knipperend in het beeld van De Winter aan haar bed. “Het is klaar. Het is goed verlopen”, zegt hij. 

Toen Beks de bril afzette, keerde ze weer terug in de realiteit van de polikliniek. Het wás nog niet klaar en goed verlopen, het stond haar allemaal nog te wachten. Toch voelde ze zich gerustgesteld. “Ik ben een beelddenker. Doordat ik nu de hele situatie al had gezien, werd het inzichtelijker”, zegt Beks, zelf documentairemaker en schrijver. “Ik ben iemand die veel research doet, dus ik wist al hoe het zat met dat parapluutje. Maar ik vond het vooral heel fijn dat ik nu het operatieteam al gezien had. Professor De Winter speelde duidelijk de hoofdrol, hij wekte veel vertrouwen. Ik ben nu groot fan van hem.” Ze doet haar verhaal op 12 september, opgelucht nadat de ingreep inderdaad goed verlopen is. “Voordat het zo ver was, riep ik al: ‘Nu komt zeker dat beademingskapje he?’” 

Angst verminderen

Patiënten die net als Beks een zogenoemde asd- of pfo-interventie moeten ondergaan (waarbij via katheterisatie een aangeboren gaatje tussen de hartboezems wordt gedicht), scoren hoog op angst, ontdekten onderzoekers Hooglugt en Oudkerk Pool. “Vooral naarmate de datum van de ingreep dichterbij komt”, zegt onderzoeker en masterstudent Geneeskunde Hooglugt. Samen met Oudkerk Pool onderzoekt hij of de VR-voorlichting die angst kan temperen. “Angst heeft namelijk negatieve gevolgen voor het herstel, de

patiënttevredenheid en therapietrouw, weten we uit onderzoek.” Het idee om gebruik te maken van VR, kwam van AMC-cardioloog Michiel Winter, die hiervoor financiering uit de innovatiepot van het Amsterdam UMC kreeg. De VR-simulatiemethode wordt weliswaar al geregeld toegepast in het onderwijs, maar voor patiëntenvoorlichting is het nog een onontgonnen gebied, vertelt Hooglugt. Het spaarzame wetenschappelijke onderzoek dat hiernaar gedaan is, komt onder andere uit Zuid-Korea, waarbij een methode met een pinguinfiguur wordt gebruikt dat kinderen voorbereidt op een medische behandeling. De resultaten waren veelbelovend: kinderen hadden aanzienlijk minder angstklachten, zoals bedplassen.

Jack Bemelmans (55) is niet het type dat het internet afstruint om in detail te weten te komen wat er nu precies in z’n hart gaat gebeuren en wie dat gaat uitvoeren. “Geef je over, laat het maar passeren, ze zullen in het ziekenhuis wel weten wat ze doen”, beschrijft hij zijn houding. Toch vond hij de ingreep die hem te wachten stond,wel degelijk ‘spannend’, zegt hij na enig aandringen. “Je praat makkelijker over een operatie aan je been. Maar dit is je hárt waarin ze gaan lopen frutten. Je motortje!”

Gebrek aan informatie

Angst hangt vaak samen met gebrek aan informatie, weet Hooglugt. “Aan de ene kant is er behoefte aan medische informatie. Daar gaan wij niet over - de arts bespreekt dit face-to-face met de patiënt. Zo’n gesprek gaat over risico’s en medische gevolgen.” Aan de andere kant is er de ‘angst voor het onbekende’. Daarin kan een VR-simulatie veel betekenen, denken de onderzoekers. “Patiënten zijn bijvoorbeeld nog nooit in een katheterisatiekamer geweest en hebben geen idee hoe het er daar aan toe gaat en wie er allemaal rondlopen. Er is ook geen mogelijkheid om ze dat alvast te laten zien, want de kamer is altijd bezet. Door virtual reality kunnen ze daar tóch rondkijken en er vertrouwd mee raken.” 

Samen met het audiovisuele team van de UvA en hun 360-graden-camera’s bedachten de onderzoekers een manier om de hele procedure zo precies mogelijk na te bootsen. Hooglugt schreef samen met de cardiologen een script, en liep een dag met een patiënt mee. “Ik lette heel erg op alle praktische dingen waar je normaal gesproken als toekomstig arts niet zo mee bezig bent, maar die juist heel belangrijk zijn voor de patiënt. Waar kom je binnen? Wat heb je aan? Wie zijn er allemaal in de katheterisatiekamer? Wat zeggen ze tegen je? Wat zie je als je weer wakker wordt? Waar ga je daarna heen?” 

Heel even was Bemelmans toch nog overrompeld door de ‘toeters en bellen en alles wat er staat te blinken en te knipperen’, maar het wende snel. “Ik dacht dat de kamer groter was, maar verder ging het allemaal precies zoals in de VR-film. De professor zei het ook: ‘Dit komt je waarschijnlijk allemaal bekend voor’.” Toch laat de film niet álles zien. “We wilden er geen dingen in stoppen waarvan patiënten angstig kunnen worden”, zegt Hooglugt. “Wanneer de patiënt wakker wordt, moet ‘ie eraan wennen om weer actief zelf adem te halen. Dat gaat vaak een beetje hortend en hoestend - niet bepaald prettig om te zien. Dat hebben we weggelaten.” Dat kan best, vindt hij. “Meestal maakt de patiënt dat moment namelijk niet bewust mee.”

Vragenlijst

Tot nu toe kreeg pas een handvol patiënten de VR-bril opgezet. Hun scores op de angst-vragenlijsten zullen Hooglugt en Oudkerk Pool vergelijken met die van patiënten uit de controlegroep. Bemelmans en Beks zijn in ieder geval blij dat ze de film te zien kregen. Bemelmans: “Maar het contact met het personeel vind ik het belangrijkst. Zij zijn hier zo betrokken en positief - voor mij helpt dat het best.” De film is dan ook bedoeld als toevoeging, niet als vervanging van persoonlijk contact, verzekeren de onderzoekers. Beks: “Ik wens iedereen zo’n film toe. Hij neemt je angst weg, brengt je dichter bij de mensen die voor je gaan zorgen. Film is magie.”

Tekst: Catrien Spijkerman
Foto: Martijn Gijsbertsen