Besmettelijke ziekten

Als u tijdens de zwangerschap een besmettelijke ziekte oploopt, kan dat gevolgen hebben voor de gezondheid van het ongeboren kind.

Bent u in contact geweest met iemand die een kinderziekte heeft met vlekjes op de huid, zoals waterpokken, rode hond of de vijfde ziekte of een andere besmettelijke ziekte? Neem dan contact met ons op.

Lees de folder 'Ik ben zwanger, wat kan ik doen om geen infecties te krijgen?' voor meer informatie over infectieziekten in de zwangerschap.

Cytomegalovirus (CMV)
In Nederland wordt niet getest op het cytomegalovirus (CMV). CMV kan schadelijk zijn voor het ongeboren kind. Dit virus komt vaak voor in speeksel en urine van kleine kinderen. Vooral vrouwen die al een of meerdere kinderen hebben of beroepsmatig met kleine kinderen in aanraking komen lopen risico. Goede hygiëne is daarom belangrijk. Dit verkleint de kans dat u een besmettelijke ziekte krijgt zoals een infectie met CMV. Denk bijvoorbeeld aan handen wassen (met zeep) na het afvegen van snottebellen en na het verwisselen van luiers. Ook is het niet verstandig om bestek en eten te delen, of de speen van uw kind in uw eigen mond te stoppen.

Kattenbak of tuinieren (toxoplasmose)
In Nederland wordt niet standaard getest op toxoplasmose. Toxoplasmose is een ziekte die schadelijk kan zijn voor het ongeboren kind. Heeft u al eens toxoplasmose gehad? Dan bent u tegen deze ziekte beschermd. De ziekte wordt veroorzaakt door een parasiet. Die parasiet kan voorkomen in de uitwerpselen van (vooral jonge) katten. Hierdoor kan de parasiet ook in een zandbak terecht komen. Draag handschoenen als u de kattenbak verschoont of in de tuin werkt. En was uw handen als u daarmee klaar bent. Was uw handen en die van de kinderen ook na het spelen in de zandbak.