Let op!

Deze informatie gaat over locatie AMC.
Moet u zijn op locatie VUmc? Ga naar: afdeling medische oncologie, locatie VUmc/de Boelelaan

Dunne darmkanker

Dunne darmkanker is een zeldzame aandoening in Nederland. Per jaar krijgen ongeveer 300 patiënten de diagnose dunne darmkanker.

De dunne darm

De dunne darm is ongeveer vijf meter lang , met een variatie tussen de twee tot zeven meter lang, en ligt tussen de maag en de dikke darm in. Vanuit de maag komt voedsel in de dunne darm terecht. De dunne darm bestaat uit drie delen. In het eerste deel, de twaalfvingerige darm, wordt het voedsel gemengd met allerlei sappen zoals maagsappen, gal, alvleeskliersappen en darmsappen. Hierdoor wordt het voedsel vloeibaar. In deze sappen zitten spijsverteringsenzymen die ervoor zorgen dat het verteringsproces op gang komt. De twaalfvingerige darm wordt ook wel het duodenum genoemd.

Het tweede deel van de dunne darm is de nuchtere darm, of ook wel het jejunum. Hier wordt een groot deel van voedingsstoffen opgenomen uit het voedsel:

  • Koolhydraten
  • Vetten
  • Eiwitten
  • Vitaminen
  • Mineralen

De voedingsstoffen worden via de darmwand opgenomen in het bloed en naar de lever gebracht, en een deel komt via de lymfe in de bloedcirculatie.

Het derde gedeelte van de dunne darm is het ileum, of de kronkeldarm. In dit deel wordt onder andere vitamine B12 opgenomen. Ook neemt de kronkeldarm de functie van de nuchtere darm over als deze minder goed functioneert. De voedselrest die vervolgens overblijft, wordt doorgegeven aan de dikke darm.

(1) slokdarm (2) maag (3) lever (4) dunne darm (5) dikke darm (a) blindedarm (b) colon: I opstijgend deel II dwarslopend deel III dalend deel IV sigmoïd (5c) endeldarm © 2013 KWF Kankerbestrijding
(1) slokdarm (2) maag (3) lever (4) dunne darm (5) dikke darm (a) blindedarm (b) colon: I opstijgend deel II dwarslopend deel III dalend deel IV sigmoïd (5c) endeldarm © 2013 KWF Kankerbestrijding

Dunne darmkanker

De meest voorkomende vorm van dunne darmkanker is het adenocarcinoom. Deze tumor ontstaat uit klierweefsel en groeit vaak langzaam. Het adenocarcinoom komt vooral voor in de twaalfvingerige darm, het duodenum, maar kan ook in de nuchtere darm of de krondeldarm voorkomen. Losgeraakte kankercellen kunnen via het bloed uitzaaien naar lymfeklieren en naar andere organen (lever en longen). Als de tumor door de darmwand heen groeit, kunnen tumorcellen ook uitzaaien in de buikholte en op het buikvlies en andere buikorganen nestelen. Bij een gevorderde dunne darm tumor kan een gat in de darmwand of verstopping ontstaan, waarvoor een spoedoperatie nodig kan zijn.

Naast het adenocarcinoom, kan er ook sprake zijn van een neuro-endocriene tumor. Dit heet ook wel een carcinoid tumor. Een carcinoid verschilt van een adenocarcinoom omdat een carcinoid ontstaat uit cellen die hormonen en hormoonachtige stoffen produceren. Neuro-endocriene tumoren komen vaak voor in de maag, darmen en longen.

Risicofactoren

Dunne darmkanker is een zeldzame aandoening in Nederland. Per jaar krijgen ongeveer 300 patiënten de diagnose dunne darmkanker. Dunne darmkanker komt iets vaker voor bij mannen dan bij vrouwen. Het grootste deel van de patiënten met dunne darmkanker is ouder dan 60 jaar. De directe oorzaak van dunne darmkanker is onbekend. Wel zijn er een aantal factoren die het risico op dunne darmkanker verhogen:

  • Hoge consumptie van rood vlees en dierlijk vet;
  • Hoge consumptie van suiker;
  • Lage consumptie van groente en fruit;
  • Roken;
  • Hoog alcoholgebruik.

Dunne darmkanker, met name in het duodenum, kan ook voorkomen bij erfelijke ziekten, waarvan de belangrijkste familiaire adenomateuze polyposis (FAP) is. Ook is het bekend dat mensen met de ziekte van Crohn en coeliakie een verhoogd risico hebben op dunne darmkanker.

Klachten

Een dunne darmtumor groeit meestal langzaam. Daardoor blijft de tumor lang onopgemerkt. Er ontstaan vaak pas klachten als de tumor door de darmwand heen groeit of uitzaait naar andere plekken in het lichaam. Klachten die vaak voorkomen bij dunne darmkanker:

  • Misselijkheid;
  • Gewichtsverlies;
  • Opgeblazen gevoel;
  • Bloed in ontlasting (waardoor de ontlasting erg donker wordt);
  • Slapheid en vermoeidheid door bloedarmoede);
  • Pijnlijke krampen en een gorgelend geluid (door afsluiting van de darm);
  • Geelzucht (door verstopping van galwegen).

Heeft u nog vragen?

Mocht u na het lezen van deze informatie nog vragen hebben, dan kunt u die gerust stellen. U kunt contact met ons opnemen:

  • Via de e-mail: gioca@amc.nl
  • Telefonisch zijn wij op werkdagen bereikbaar van 8.30 tot 12.00 uur en van 13.30 tot 16.00 uur op telefoonnummer 020-4441100 (kies optie ‘colorectale poli AMC’)
  • Ook heeft de GIOCA-verpleegkundige een telefonisch spreekuur op maandag tot en met vrijdag van 09.00 tot 11.00 uur op telefoonnummer 020 – 566 3634.