Depressieve topatleten

Topatleten die zwaar geblesseerd raken, hebben een verhoogde kans op psychische klachten, blijkt uit AMC-onderzoek.

Onderzoekers Gino Kerkhoffs en Vincent Goutterbarge
Onderzoekers Gino Kerkhoffs en Vincent Goutterbarge

“Topsporters zijn niet anders dan gewone mensen. Als ze een zware tegenslag te verwerken krijgen, hebben ze een grote kans op psychische klachten. Depressie, angst en eetstoornissen komen onder topsporters even vaak voor als onder de rest van de bevolking”, zegt Vincent Gouttebarge, voormalig profvoetballer en nu als medisch wetenschapper verbonden aan het AMC. Hoewel hij er tijdens zijn sportieve carrière zelf niet mee te maken heeft gehad, heeft hij om zich heen genoeg persoonlijke drama’s gezien. Samen met Gino Kerkhoffs, hoogleraar Orthopedie, gespecialiseerd in sporttraumatologie, houdt hij zich onder meer bezig met onderzoek naar psychische problemen bij topsporters. Onlangs publiceerden ze in Journal of Sport Sciences hun onderzoek naar de relatie tussen ernstig letsel of andere tegenslagen en de kans op mentale klachten bij Nederlandse topatleten.

Ook Kerkhoffs is begaan met de problematiek: “Het komt voor dat psychische problemen het herstel van een zware blessure in de weg zitten. Maar omdat bar weinig onderzoek is gedaan naar factoren die het herstel beïnvloeden na fysieke en mentale tegenslagen, kan ik dit bij een standaard controlebezoek op de polikliniek niet toetsen. We zoeken daarom naar de relatie tussen grote tegenslagen bij topsporters en hun mentale gesteldheid als gevolg hiervan. Bovendien willen we inzichtelijk krijgen welke psychische klachten het meest voorkomen, zodat extra schakels kunnen worden ingebouwd in de begeleiding van topatleten. Niet in de laatste plaats ook om taboes hierover te doorbreken.”

De aantallen blijken niet mals: een op de vijf topatleten kampt na een langdurige blessure met psychische klachten. Gouttebarge: “Een topsporter geeft alles om de beste te zijn in een discipline. Als vanwege een zware tegenslag het ritme van de training en het contact met een team wegvallen en daarmee de kans op een medaille is verkeken, dan heb je voldoende ingrediënten als atleet om in een zwart gat terecht te komen. We hebben eerder onderzoek gedaan onder huidige en oud-profvoetballers. Zesentachtig procent van de oud-spelers gaf aan dat ze onvoldoende mentaal gesteund werden. Vijfennegentig procent van de huidige spelers zei dat hun psychische klachten invloed hebben gehad op hun sportprestaties. Daarnaast bleek dat bij bijna de helft van de oud-spelers deze problemen ook na hun carrière aanhielden en de kwaliteit van hun leven hebben beïnvloed. Uit onze meest recente studie blijkt dat Nederlandse topatleten dezelfde soort klachten hebben.”

Psychische begeleiding

Hoewel de problematiek dus hetzelfde is, was in de wereld van de topsport psychologische ondersteuning niet zo gangbaar als in de rest van de wereld. Kerkhoffs: “Waar werknemers psychologische begeleiding krijgen na bijvoorbeeld een burn-out, is dat voor topsporters nog niet zo vanzelfsprekend. Ze krijgen optimale fysieke begeleiding, maar op mentaal vlak gebeurde er tot voor kort minder. We zien nu ontwikkelingen waaruit blijkt dat sportfederaties en sportclubs zich steeds meer bewust worden van het belang om hun topsporters mentale en psychische begeleiding te bieden als het een tijdje niet goed met ze gaat. Het besef begint in te dalen dat deze begeleiding een voorwaarde is om topsporters beter te laten presteren, wat uiteindelijk ook leidt tot meer prijzen en medailles.”

Gouttebarge vult aan: “Zelfs bij machosporten als voetbal, rugby en ijshockey is de kentering merkbaar. We doen momenteel in veertien landen onderzoek naar psychische klachten onder professionele rugbyspelers. Nagenoeg alle aangeschreven rugby-toplanden doen mee. We merken dat ze deze lacune in topsportbegeleiding graag opgelost zien. Onlangs hebben in Nieuw-Zeeland de professionele voetballers als eerste topsporters ter wereld afgedwongen dat mentale gezondheidszorg wordt opgenomen in hun arbeidsvoorwaarden. Bemoedigend is ook dat er meer aandacht komt voor de after care, de zorg voor de topsporter na beëindiging van zijn sportcarrière.

Vanuit het AMC hebben we samen met de KNVB en FIFpro, de internationale vakbond voor profvoetballers, een studie geïnitieerd, waarbij profvoetballers samen met de sportarts aan het eind van hun sportcarrière bekijken of ze risico lopen op fysieke of mentale problemen. Als blijkt van wel, wordt vroegtijdig actie ondernomen. Zo’n model willen we ook gebruiken voor andere sporten. Dat geeft zelfs tijdens de carrière al rust; je wilt niet weten hoeveel topsporters tijdens hun loopbaan mentale problemen ontwikkelen vanwege stress over de vraag wat te doen als ze gestopt zijn. Als dat gedeelte goed begeleid wordt, is een deel van de psychische problemen bij topsporters al opgelost.”

Tekst: Caroline Wellink
Foto: Marieke de Lorijn/Marsprine