Renale botziekten en mineraalhuishouding

Een verminderde nierfunctie leidt tot een ontregelde huishouding van de mineralen calcium en fosfaat en tot afwijkingen in de waarde van de hormonen uit de bijschildklierklieren en vitamine D.

Onder andere hierdoor hebben  mensen met een nierziekte een veel grotere kans op botbreuken. Ook blijken deze ontregelingen bij te dragen aan het versnellen van verkalkingen van de bloedvaten. Zeker bij de ernstiger vormen van nierfalen zijn vaak combinaties van dieetmaatregelen en verschillende medicijnen nodig om al deze ontregelingen in de hand te houden. Helaas kunnen dialyse en zelfs een goed geslaagde niertransplantatie niet het verhoogde risico op botbreuken verlagen.

Het Niercentrum van het Amsterdam UMC onderzoekt hoe de bestaande behandelingen op individueel niveau het beste op elkaar worden afgestemd, om daarmee het risico op fracturen en verschillende andere consequenties van deze stofwisselingsstoornissen te verminderen. In incidentele gevallen blijkt het nodig daarvoor een microscopische beoordeling van botweefsel te doen, een techniek die in Nederland alleen in het Amsterdam UMC beschikbaar is. Deze onderzoekslijn vormt een onderdeel van het Amsterdam Bone Center en vindt plaats in internationale samenwerkingsverbanden.