Bijwerkingen die snel kunnen optreden bij de bestraling van huidkanker.
Vermoeidheid
Vermoeidheid tijdens en kort na de behandeling kan diverse oorzaken hebben. Die kunnen ook op elkaar inwerken en elkaar versterken.
Het herstellen van bestralen kost energie. Bestraling heeft ook invloed op de gezonde cellen in het bestraalde gebied. Het opruimen van de dode kankercellen en het herstel van de beschadigde gezonde cellen kost energie. Ook als de bestraling gestopt is, komt vermoeidheid nog vaak voor. Dit wordt langzaam beter.
Het heen en weer reizen naar het ziekenhuis kost veel energie.
Ook de diagnose met bijbehorende spanningen levert vermoeidheid op.
Huidirritatie
Door de bestraling kan de huid binnen het bestralingsgebied rood worden. Ook kan er jeuk en een branderig gevoel ontstaan. De huid kan kapot gaan en er kan een korst ontstaan.
Er zijn altijd doktersassistentes op de afdeling aanwezig voor advies over de verzorging van de huid. Vaak is de huid 4 weken na de bestraling helemaal hersteld. De eerste tijd is de bestraalde huid vaak wat roze van kleur.
Haarverlies
De haren, in het gebied dat bestraald wordt, kunnen uitvallen. Deze plaatselijke kaalheid kan blijvend zijn. Dit is afhankelijk van de dosis.
Irritatie rond het bestraalde gebied (oog, neus, oor)
Bestraling in de buurt van het oog, de neus of het oor kunnen er voor zorgen dat deze lichaamsdelen geïrriteerd raken. Het oog kan rood worden en gaan tranen. Als de traanklier mee bestraald wordt, kan er een droog oog ontstaan. Er worden dan druppels voor in het oog voorgeschreven. Het zicht wordt normaal niet aangetast.
Als de neus wordt bestraald kunnen bloedneuzen en korstvorming ontstaan.
Bestraling van het oor zorgt vaak voor een gevoelige oorschelp en/of gehoorgang.