Bijwerkingen die kunnen optreden tijdens de bestraling van gynaecologische kanker

Vermoeidheid

Vermoeidheid komt voor tijdens en na de behandeling. Het bestralen zelf kost energie, maar ook het heen en weer reizen naar de afdeling Radiotherapie. Ook de diagnose met bijbehorende spanningen levert vermoeidheid op. Ook heeft u vaak nog andere behandelingen, zoals chemotherapie of hyperthermie, die vermoeidheid veroorzaken.

Huidirritatie

Er is een kans dat de huid in het bestralingsgebied rood wordt en geïrriteerd raakt. De plaats is afhankelijk van het gebied dat bestraald wordt. Dit begint meestal twee tot drie weken na de eerste bestraling. De roodheid gaat vaak samen met jeuk en een branderig gevoel. Meestal zijn deze klachten binnen enkele weken weer verdwenen.

De doktersassistenten kunnen u altijd advies geven over het verzorgen van de huid.

Haaruitval in bestraald gebied

Haren in het gebied van de bestraling, bijvoorbeeld schaamhaar, zullen tijdelijk gaan uitvallen

Geïrriteerde blaas

Door de bestralingen kan het slijmvlies van de blaas geïrriteerd raken. Dat merkt u doordat u vaker moet plassen en het plassen pijnlijk kan zijn. Meestal herstelt zich dit binnen enkele weken na het stoppen van de bestralingen.

Geïrriteerde darmen

Door de bestralingen kan het slijmvlies van de darmen geïrriteerd raken. Daardoor kunt u (tijdelijk) diarree krijgen en/of kan de ontlasting slijm bevatten. Meestal herstelt zich dit binnen enkele weken na het stoppen van de bestralingen.

De arts kan u medicijnen geven om de klachten te verminderen.

Meer afscheiding

Door de bestraling kan de afscheiding uit de vagina toenemen. Ook is het mogelijk dat u tijdelijk wat bloed verliest uit de vagina