Bijwerkingen die later ontstaan bij de bestraling van endeldarmkanker.

Late bijwerkingen bij de bestraling van endeldarmkanker (rectumcarcinoom)

De bestraling kan ook bijwerkingen geven die pas maanden tot jaren later tot uiting komen. Vaak is het moeilijk om uit te maken welke bijwerkingen veroorzaakt zijn door de bestraling en welke door de operatie.

Wondgenezingsstoornissen

Elke operatie heeft een risico op complicaties zoals wondinfectie of een vertraagde wondgenezing. De bestralingsserie voorafgaand aan de operatie laat dit risico iets toenemen.

Plasklachten

Sommige mensen moeten na de bestraling vaker plassen of kunnen het minder lang ophouden.

Veranderde ontlasting

Het ontlastingspatroon zal afhangen van het type operatie.

Bij een stoma  zal de ontlasting voortaan via het stoma gaan. De bestraling heeft nauwelijks invloed op het functioneren van de stoma. Als de darm weer aan de anus wordt aangesloten, zal het ontlastingspatroon vaak anders zijn dan voorheen. Vaak is er de eerste maanden tot jaren een verhoogde frequentie van ontlasting, en soms is er ook verlies van slijm. Als gevolg van de operatie en bestraling kan de sluitspier soms minder goed werken, waardoor de ontlasting minder goed kan worden ophouden.

Seksualiteit

Mannen kunnen als gevolg van de operatie impotent worden. Als de potentie na de operatie behouden blijft, geeft bestraling een iets groter risico dat de potentie geleidelijk zal afnemen in vergelijking met leeftijdsgenoten die niet bestraald zijn.

Vrouwen merken vaak dat ze minder vochtig worden tijdens seksuele opwinding. Soms kan door verklevingen van de vagina gemeenschap bemoeilijkt worden. Doordat de eierstokken in het te bestralen gebied liggen komen vrouwen die voorheen menstrueerden in de overgang.

Huidproblemen

De huid, die in het te bestralen gebied ligt, kan wat donkerder van kleur worden. Haarverlies in de schaamstreek kan blijvend zijn.