Na de cryotherapie verbindt uw behandelaar de plek die is behandeld. Als er een verdoving is gebruikt zal deze in de uren na de behandeling langzaam uitwerken. Dat kan gepaard gaan met een prikkelend of pijnlijk gevoel.
U krijgt paracetamol mee. Het advies is om de eerste dag om de vier uur 1 of 2 tabletten à 500mg te slikken.
De dagen na de behandeling ontstaat op de behandelde plek meestal een blaar. Er kan vocht uit de wond komen welke bloederig en troebel kan zijn, tevens kan dit vocht sterk ruiken. Spoel de wond dagelijks met water. Verbindt de wond met een vet gaasje en daaroverheen verbandgaas. Het vette gaasje voorkomt dat het verbandgaas vastplakt aan de wond. Voor deze verbandmiddelen krijgt u een recept mee.
Uiteindelijk zal de wond indrogen en kan er een korst vanaf vallen. Wanneer dit gebeurd verschilt per patiënt en per litteken. Zodra er geen wondvocht meer ontstaat, kunt u de wond gewoon aan de lucht laten drogen.
Er zijn geen beperkingen met douchen na de behandeling. De cryotherapie wordt vaak na 6-12 weken nog een keer herhaald.