Neurologie geneeskunde (onderwijs)

Tijdens de opleiding Geneeskunde kunnen studenten een groot aantal neurologievakken volgen. De eerste kennismaking met het vakgebied vindt voor de meeste geneeskundestudenten plaats tijdens het onderwijsblok 'Het Zenuwstelsel' (blok 3-2) in het derde studiejaar.

Dit studieblok van zeven weken begint met een intensieve kennismaking met neuro-anatomie en met de principes van de werking (neurofysiologie) van het zenuwstelsel. Ook komt de algemene neurologie aan de orde met onder andere de principes van neurologisch onderzoek en de symptomen die ontstaan bij stoornissen van de belang­rijkste onderdelen van het zenuw­stelsel (hersen­zenuwen, mo­to­riek, sensibili­teit, hogere cerebrale functies). Daarna volgt een behandeling van verschillende ziekten van het zenuwstelsel, waarbij de pathofysiologie, de diagnos­tiek en de therapie aan de orde komen.

Verder bestaat het onderwijsblok uit een practicum neurologisch onderzoek en een halfjaarcohort waarin neurologische vraagstukken worden behandeld. Studenten kunnen tevens een aantal neurologische keuzevakken volgen. Verder participeert Neurologie in blok 3-1 (Het Bewegingsapparaat) en heeft de afdeling een prominente plaats in het (kleinschalig klinisch) lijnonderwijs waarin een aantal neurologische cases is opgenomen. De afdeling verzorgt regelmatig wetenschappelijke stages voor studenten uit binnen- en buitenland.

Master

In de Masterfase verzorgt de afdeling een co-schap neurologie van zes weken. Er zijn ongeveer tien co-assistentplaatsen in het AMC en twintig plaatsen in regionale opleidingsziekenhuizen (geaffilieerde ziekenhuizen).

Geneeskundestudenten kunnen in de masterfase meedoen aan een van de onderzoeksprogramma's van de afdeling. Belangstellenden kunnen zich hiervoor aanmelden bij de betreffende stafleden. Deelname aan een onderzoeksprogramma kan in een aantal gevallen meetellen voor de verplichte wetenschappelijke stage (17 studiepunten). Het onderzoek is altijd patiëntgebonden en richt zich in eerste instantie op klinische vragen. In zogeheten zijlijnen van een onderzoek naar zo’n klinische vraag kunnen vragen over het ontstaan (pathogenese) en de oorzaak (etiologie) van ziekten aan de orde komen.

Co-assistentschap

Het co-assistentschap Neurologie duurt zes weken, en wordt gevolgd in het AMC of in een van de geaffilieerde ziekenhuizen. In het AMC brengen co-assistenten de eerste weken in de kliniek en op de dagkliniek Neurologie door om ervaring op te doen in het uitvoeren en interpreteren van neurologisch onderzoek bij patiënten. Daarnaast is er gelegenheid om de neurologische kennis op te frissen met 'bed-side teaching', cursorisch onderwijs, patiëntendemonstraties en zelfstudie. Vanaf de derde week draaien de co-assistenten mee met de avonddiensten om enige ervaring op te doen met Acute Neurologie. Onder supervisie van een arts-assistent en een neuroloog draaien de co-assistenten in de tweede helft van het co-assistentschap mee op de polikliniek. Na het eerste co-assistentschap Neurologie bestaat de mogelijkheid om een keuzeco-schap en/of een oudste co-schap te volgen.

Verder bestaat het onderwijsblok uit een practicum neurologisch onderzoek en een halfjaarcohort waarin neurologische vraagstukken worden behandeld. Studenten kunnen tevens een aantal neurologische keuzevakken volgen. Verder participeert Neurologie in blok 3-1 (Het Bewegingsapparaat) en heeft de afdeling een prominente plaats in het (kleinschalig klinisch) lijnonderwijs waarin een aantal neurologische cases is opgenomen. De afdeling verzorgt regelmatig wetenschappelijke stages voor studenten uit binnen- en buitenland.

Master

In de Masterfase verzorgt de afdeling een co-schap neurologie van 6 weken. Er zijn ongeveer 10 coassistentplaatsen in het AMC en 20 plaatsen in regionale opleidingsziekenhuizen (geaffilieerde ziekenhuizen).

Geneeskundestudenten kunnen in de masterfase meedoen aan een van de onderzoeksprogramma's van de afdeling. Belangstellenden kunnen zich hiervoor aanmelden bij de betreffende stafleden. Deelname aan een onderzoeksprogramma kan in een aantal gevallen meetellen voor de verplichte wetenschappelijke stage (17 studiepunten). Het onderzoek is altijd patiëntgebonden en richt zich in eerste instantie op klinische vragen. In zogeheten zijlijnen van een onderzoek naar zo’n klinische vraag kunnen vragen over het ontstaan (pathogenese) en de oorzaak (etiologie) van ziekten aan de orde komen.

Co-assistentschap

Het co-assistentschap Neurologie duurt zes weken, en wordt gevolgd in het AMC of in een van de geaffilieerde ziekenhuizen. In het AMC brengen co-assistenten de eerste weken in de kliniek en op de dagkliniek Neurologie door om ervaring op te doen in het uitvoeren en interpreteren van neurologisch onderzoek bij patiënten. Daarnaast is er gelegenheid om de neurologische kennis op te frissen met van 'bed-side teaching', cursorisch onderwijs, patiëntendemonstraties en zelfstudie. Vanaf de derde week draaien de co-assistenten mee met de avonddiensten om enige ervaring op te doen met Acute Neurologie. Onder supervisie van een arts-assistent en een neuroloog draaien de co-assistenten in de tweede helft van het co-assistentschap mee op de polikliniek. Na het eerste co-assistentschap Neurologie bestaat de mogelijkheid om een keuzecoschap en/of een oudste coschap te volgen.