Feminiserende gelaatschirurgie: de operatie(technieken) en risico's

Genderbevestigende gelaatschirurgie ofwel Gender Affirmative Facial Surgery (GAFS) kan een belangrijk onderdeel zijn in de transitie. Welke behandelingen zijn er zoal mogelijk om het gelaat te vervrouwelijken? Wat zijn risico's? Daarover leest u hieronder meer.

Voor vervrouwelijking van het gezicht spreken we van Facial Feminization Surgery (FFS). Het doel van FFS is het gelaat vrouwelijker te maken voor ‘passabiliteit’ (dwz. bij de eerste aanblik direct als vrouw worden gezien). FFS bestaat uit bot- en huidcorrecties.

Genderbevestigende gelaatschirurgie kan zowel mentaal als fysiek een zwaar behandeltraject zijn. Goede informatie is belangrijk om beslissingen te nemen over de gewenste operaties. Informatie over de voorbereiding en nazorg van de operaties staat op onderstaande pagina:

Voorwaarden voor de operatie

Voor een veilige operatie en het beste resultaat is het belangrijk dat u aan de volgende punten voldoet:

  • Een verwijzing heeft naar verpleegkundige van het Genderteam (niet naar de poli MKA). Een zorgverlener van Amsterdam UMC of uw huisarts kan deze verwijzing maken. Let op: bent u niet in behandeling bij het Genderteam van Amsterdam UMC? Dan wordt eerst beoordeeld of u in aanmerking komt voor zij-instroom.
  • Een consult bij de psycholoog om uw wensen en verwachtingen ten aanzien van de aanpassingen van het gelaat te bespreken.
  • Een afspraak met de MKA-chirurg van het Genderteam. Deze afspraak wordt gemaakt nadat de verwijzing binnen is. Tijdens de afspraak worden uw wensen besproken en zal er aanvullende beelvorming worden gemaakt zoals röntgenfoto's en (3D-)fotografie.
  • Een machtigingsaanvraag bij de zorgverzekeraar. De genderpoli doet deze aanvraag. Het kan zijn dat zorgverzekeraar nog aanvullende informatie vraagt. Zover mogelijk wordt dit op de genderpoli geregeld. Indien de zorgverzekeraar uw aanvraag afwijst, moet u zelf een bezwaar indienen.

Nadat deze stappen zijn doorlopen krijgt u een terugkoppeling van de desbetreffende genderspecialisten van uw behandelplan.

De operatie en operatietechnieken

Welke FFS u krijgt, en in welke volgorde wordt in overleg met u vastgelegd in een behandelplan.

Het Genderteam kan de volgende operatietechnieken uitvoeren:

  1. Voorhoofdcorrectie (cranioplastiek) met wenkbrauwlift en eventueel haarlijncorrectie
  2. Kincorrectie (genioplastiek) en kaakhoekreductie
  3. Neuscorrectie (rhinoplastiek)
  4. Jukbeencorrectie (zygoma osteotomie)
  5. Boven- en onderkaakcorrectie (Le Fort 1, bilaterale sagittale splijtingsosteotomie bimaxillaire osteotomie) in combinatie met een orthodontisch traject
  6. Adamsappelcorrectie (chondrolaryngoplastiek / adamsappelreductie / thyroid shave)
  7. Huidcorrecties: kaaklijn, onderkincorrectie, ooglidcorrectie boven/onder, lipcorrectie
  8. Tandheelkundige zorg en verbetering van de lachlijn (in samenwerking met de tandarts of Stichting Bijzondere Tandheelkunde)

Hieronder worden de operaties verder toegelicht.

1. Voorhoofdcorrectie (cranioplastiek) met wenkbrauwlift en eventueel haarlijncorrectie

Voorhoofdcorrectie (cranioplastiek)

Het kan zijn dat uw voorhoofd en wenkbrauwrichels (‘frontal bossing’) vooruitsteken (zie figuur 1). De ogen liggen daardoor wat dieper in het gezicht en dat maakt de eerste aanblik mannelijk. Met een voorhoofdcorrectie (de cranioplastiek) kan dit worden gecorrigeerd.
De cranioplastiek wordt vaak in combinatie met een haarlijncorrectie uitgevoerd.

Figuur 1: Voorhoofdcorrectie Figuur 1: Voorhoofdcorrectie

Eerst wordt het bot van het voorhoofd vrijgemaakt. Dat gebeurt via een snede over het hoofd (zie figuur 2).

Figuur 2: Met deze snede wordt het voorhoofd vrijgemaakt Figuur 2: Met deze snede wordt het voorhoofd vrijgemaakt

Om het bot van het voorhoofd te corrigeren, wordt de ‘voorwand’ van de voorhoofdsholte losgemaakt met een klein boortje. Dit wordt vervolgens gladgepolijst en teruggeplaatst met titaniumplaatjes en schroeven (zie figuur 3). De plaatjes en schroeven blijven altijd zitten, tenzij ze klachten veroorzaken zoals irritatie of een ontsteking.

Ook wordt het bot van de wenkbrauwrichels afgeschaafd met een boor en wordt de overgang tussen de neus en het voorhoofd gecorrigeerd ('browridge contouring'). Tot slot worden de wenkbrauwen gelift indien gewenst (zie wenkbrauwlift).

Figuur 3: Procedure van de voorhoofdcorrectie Figuur 3: Procedure van de voorhoofdcorrectie

Wenkbrauwlift

Bij de wenkbrauwlift worden de wenkbrauwen iets omhoog getrokken voor een meer vrouwelijke aanblik. Tijdens de voorhoofdcorrectie worden de wenkbrauwen in contour gebracht door ze iets te liften en een boog te creëren. Dit gebeurt met een onderhuidse hechting (figuur 4).

Figuur 4: Procedure van de wenkbrauwlift Figuur 4: Procedure van de wenkbrauwlift

Haarlijncorrectie

Het kan zijn dat uw haarlijn M-vorming is en wat teruggetrokken is of inhammen vertoont. Dat wordt gezien als een mannelijke haarlijn. Als u dit wil vervrouwelijken, kan de haarlijn naar voren worden gehaald. Dit gebeurt door huid weg te nemen en huid te verhuiven, net voor en lang de haarlijn. Deze operatie wordt vaak gecombineerd met de voorhoofdcorrectie.

2. Kincorrectie (genioplastiek) en kaakhoekreductie

Kin- en/of kaaklijncorrectie

Een lange, brede, hoekige en vooruitstekende kin kan vervrouwelijkt worden met een kincorrectie. De operatie wordt verricht via de mond.

De kin wordt losgezaagd van de onderkaak. Daarbij kan een verticaal deel van de kaak, en eventueel ook een horizontaal deel, worden verwijderd. De kin wordt daarna in de gewenste positie vastgezet met titanium plaatjes en schroeven (figuur 5). Daarna wordt de onderkaak verder in model gebracht door het te zagen en schaven. De plaattjes en schroeven blijven altijd zitten, tenzij ze klachten veroorzaken zoals irritatie of een ontsteking.

Kaakhoekreductie

Scherpe, uitstekende kaakhoeken kunnen een kaaklijn mannelijk doen ogen. Dit kan worden gecorrigeerd door een deel van de kaakhoek los te zagen of af te schaven. Deze operatie wordt verricht via de mond en wordt vaak uitgevoerd in combinatie met een kincorrectie (figuur 5).

Figuur 5: Procedure van de kincorrectie en de kaakhoekreductie Figuur 5: Procedure van de kincorrectie en de kaakhoekreductie

3. Neuscorrectie (rhinoplastiek)

Een grove, hoekige neus met een hangende neustip wordt als mannelijk gezien. De neus kan worden vervrouwelijkt door:

  • de neusbrug te verkleinen;
  • een eventuele knobbel te verwijderen ('nasal hump')
  • de neus te versmallen;
  • de neustip te verfijnen en iets te liften.

Wanneer het neustussenschot scheef staat, kan dit ook worden gecorrigeerd zodat de neus doorgankelijker wordt.

Figuur 6: Procedure van neuscorrectie Figuur 6: Procedure van neuscorrectie

4. Jukbeencorrectie (zygoma osteotomie)

De jukbeenderen zijn bij cis-vrouwen meestal geprononceerder (opvallender) dan bij cis- mannen. Als u dit wenst, kunnen uw jukbeenderen meer naar voren worden gehaald. Dit gebeurt via de mond, door de jukbeenderen eerst door te zagen en vervolgens naar voren en naar buiten te verplaatsen. Daarna worden de jukbeenderen weer vastgezet met titanium plaatjes en schroeven (figuur 7). De plaatjes en schroeven blijven altijd zitten, tenzij ze klachten veroorzaken zoals irritatie of een ontsteking.

Figuur 7: Procedure van de jukbeencorrectie Figuur 7: Procedure van de jukbeencorrectie

5. Boven- en onderkaakcorrectie (Le Fort 1, BSSO, bimaxillaire osteotomie)

Een vooruitstekende onderkaak wordt beschouwd als een mannelijk gelaatskenmerk. Om dit te corrigeren kunnen de boven- en/of onderkaak worden verplaatst en in de gewenste positie worden vastgezet met plaatjes en schroeven (figuur 8).

Figuur 8: Procedure van de boven- en onderkaakcorrectie Figuur 8: Procedure van de boven- en onderkaakcorrectie

Deze ingreep wordt verricht via de mond, dus komen er geen littekens in het gezicht.

Deze operatie wordt vaak uitgevoerd in combinatie met een kincorrectie en/of kaakhoekreductie.

6. Adamsappelcorrectie (chondrolaryngoplastiek/ thyrod shave)

Bij cis-mannen is het bovenste gedeelte van het strottenhoofd duidelijk zichtbaar als adamsappel. Als u dit wenst te vervrouwelijken, wordt het uitstekende deel van het strottenhoofd bijgeschaafd met een chirurgisch mes of boor.

De operatie wordt uitgevoerd via een snede in de hals over de adamsappel, of via een snede onder de kin. Dat laatste gebeurt bijvoorbeeld in combinatie met een onderkincorrectie (submentoplastiek) (figuur 9).

Figuur 9: De adamsappelcorrectie, hier getekend i.c.m. met onderkincorrectie Figuur 9: De adamsappelcorrectie, hier getekend i.c.m. met onderkincorrectie

7. Huidcorrecties: kaaklijn-, onderkin-, ooglidcorrectie en liplift.

Figuur 10: Huidcorrecties zijn mogelijk op verschillende plaatsen in het gelaat Figuur 10: Huidcorrecties zijn mogelijk op verschillende plaatsen in het gelaat

Huidcorrectie kaaklijn

Na een kincorrectie en/of kaakhoekreductie kan er rondom de kaaklijn een overmaat aan huid ontstaan. Dit kan later worden aangepast met een huidcorrectie, soms in combinatie met een onderkincorrectie (zie hieronder). De littekens na deze ingreep zitten voor en achter het oor en onder de kin; ze zijn niet opvallend (figuur 10).

Onderkincorrectie (submentoplastiek)

Na een kincorrectie kan onder de kin een overmaat aan huid ontstaan. Dit kan worden aangepast door huid, onderhuids vet en de spieren in de kin te corrigeren. Dat kan eventueel gebeuren in combinatie met een huidcorrectie van de kaaklijn. Na deze ingreep zit het litteken onder de kin en is niet opvallend (figuur 9).

Onder- en/of bovenooglidcorrectie (onder- en/of bovenblepharoplastiek)

Bij cis-mannen liggen de ogen over het algemeen dieper in het gezicht dan bij cis-vrouwen. Daardoor lijken bij cis-vrouwen de ogen groter. Daarom kan een ooglidcorrectie van de boven- en/of onderoogleden bij sommigen de oogopslag vervrouwelijken. Bij een ooglidcorrectie vallen de littekens in de huidplooien en zijn dus niet opvallend.

Liplift

En lange bovenlip oogt mannelijk. De mond kan worden vervrouwelijkt met een liplift. De operatie bestaat uit het verwijderen van huid onder de neus, waardoor de bovenlip wordt gelift. Het litteken zit in de huidplooien onder de neus, waardoor het niet opvalt (figuur 10).

8. Tandheelkundige zorg en verbetering lachlijn
Een gezond en goed onderhouden gebit is niet alleen belangrijk voor het eten, maar ook in de communicatie. In samenwerking met de eigen tandarts of een tandarts van de Stichting Bijzondere Tandheelkunde (SBT) kan het gebit gesaneerd worden en de functie en lachlijn worden hersteld, op een manier die vervrouwelijkt.

Herstel

Hoe uw herstel na de operatie verloopt is afhankelijk van veel factoren, zoals uw lichamelijke gesteldheid en hoe uitgebreid uw behandeling was. Over het algemeen kunt u dit ongeveer verwachten na uw operatie:

  • In de eerste week na de operatie: zwelling, ongemak en pijn. In de tweede week zal dit verminderen.
  • De herstelperiode duurt ongeveer 2 t/m 6 weken. U kunt uw dagelijkse bezigheden (werk, studie en sport) weer geleidelijk oppakken.
  • 4 maanden na de operatie is de zwelling afgenomen, ongeveer met 80%.
  • Het kan een jaar duren voordat u volledig bent genezen en ook bent gewend aan de aanpassingen aan uw gelaat. Reacties vanuit uw omgeving kunnen daarbij een belangrijke rol spelen.

Complicaties en risico's

Net als alle operaties kan ook FFS risico’s en nadelen met zich meebrengen. De chirurg bespreekt deze risico's met u. Het is een zwaar traject en het is belangrijk dat u goed nadenkt of de voordelen voldoende opwegen tegen eventuele risico's/nadelen.

Indien een complicatie optreedt, is het belangrijk dit te bespreken met uw chirurg, zodat indien mogelijk een gepaste behandeling kan worden aangeboden.

Algemene risico's en complicaties

  • Zwelling
  • Pijn
  • Bloeduitstorting
  • Gestoorde wondgenezing
  • Infectie
  • Nabloeding
  • Niet tevreden met het resultaat
  • Asymmetrie

Risico’s en complicaties per operatie

Voorhoofdscorrectie (cranioplastiek) met wenkbrauwlift

  • (Tijdelijk) doof gevoel van het voorhoofd. Meestal herstelt dit binnen enkele weken tot maanden, in sommige gevallen zal het gevoel niet (volledig) terugkomen.
  • Verminderde bewegelijkheid van het voorhoofd.
  • Tijdelijke haaruitval
  • Dubbelzien en lichtgevoeligheid
  • Gestoorde littekenvorming (hypertrofie, keloid of atrofie)

Haarlijncorrectie

  • Zichtbaar litteken
  • Gestoorde littekenvorming (hypertrofie, keloid of atrofie)
  • Soms is aanvullend een haartransplantatie nodig

Kincorrectie (genioplastiek) en kaakhoekreductie

  • (Tijdelijk) doof gevoel van de onderlip, kin en ondertanden;
  • Meestal herstelt dit binnen enkele weken tot maanden, in sommige gevallen zal het gevoel niet (volledig) terugkomen.
  • (Tijdelijk) doof gevoel van de binnenzijde wang
  • Infectie of irritatie van de plaatjes en schroeven (moeten mogelijk verwijderd worden)
  • (Tijdelijk) verminderde mondopening

Neuscorrectie (rhinoplastiek)

  • (Tijdelijk) doof gevoel van de neus
  • Verminderde neusdoorgankelijkheid
  • Gestoorde littekenvorming (hypertrofie of keloid)
  • Scheefstand

Jukbeencorrectie (zygoma osteotomie)

  • (Tijdelijk) doof gevoel onder het oog, neusvleugel, bovenlip en soms boventanden; meestal herstel binnen enkele weken tot maanden

Boven- en/of onderkaakscorrectie (Le Fort I, BSSO of bimaxillaire osteotomie)

  • Bij onderkaaksoperatie: (tijdelijk) doof gevoel van de onderlip, kin en ondertanden; meestal herstel binnen enkele weken tot maanden, in sommige gevallen zal het gevoel niet (volledig) terugkomen.
  • Bij bovenkaaksoperatie: (tijdelijk) doof gevoel onder het oog, neusvleugel, bovenlip en soms boventanden; meestal herstelt binnen enkele weken tot maanden, standsverandering neus
  • Her operatie door verkeerde stand kaken
  • Infectie of irritatie van de plaatjes en schroeven (moeten mogelijk verwijderd worden)

Adamsappelcorrectie (chondrolaryngoplastiek / adamsappelreductie / thyroid shave)

  • (Tijdelijk) doof gevoel ter plaatse van het litteken
  • Hypertofie of gestoorde littekenvorming (hypertrofie of keloid)
  • (Tijdelijke) stemklachten

Huidcorrecties: kaaklijn, onderkincorrectie, ooglidcorrectie boven/onder, lipcorrectie

  • Gestoorde littekenvorming (hypertrofie, keloid of atrofie)

    Alarmsignalen

    Bij een aantal signalen is het belangrijk om aan de bel te trekken. Ervaart u één of meerdere van de onderstaande klachten? Neem dan contact op met de genderpoli of poli MKA tijdens kantooruren. Na kantooruren kunt u vragen naar de dienstdoende MKA-chirurg.

    • Na een week is de zwelling nog niet afgenomen of zelfs toegenomen
    • U gaat steeds moeilijker slikken en/of praten
    • U heeft koorts (boven de 38 graden).

    Thuis en nazorg

    Het herstel van de operatie(s) is o.a. afhankelijk van hoe uitgebreid de behandeling was en van uw lichamelijk conditie. Het herstel duurt ongeveer 2 tot 6 weken. Daarna kunt u uw dagelijkse bezigheden weer oppakken zoals u dat voor de operatie deed (werk, studie en sport).

    De eerste week na de operatie kunt u zwelling, ongemak en pijn ervaren. In de tweede week na de operatie zal dit verminderen. Vier maanden na de operatie is ongeveer 80% van de zwelling verdwenen. Het gehele genezingsproces en de gewenning aan de nieuwe situatie kan een jaar duren.

    Uitgebreide informatie over het herstel en nazorg vindt u op onderstaande pagina.

    Vragen en contact

    Als u aanhoudende pijnklachten heeft of andere dringende zaken wilt bespreken, kunt u gedurende kantooruren de polikliniek bellen.

    Kennis- en Zorgcentrum Genderdysforie (gender polikliniek)

    Receptie N, 1ste verdieping
    Amsterdam UMC, locatie VUmc De Boelelaan 1118 1081 HZ Amsterdam

    Telefoon: 020-44405254
    E-mail: genderteam-poli@vumc.nl

    Polikliniek Mond-, kaak en aangezichtschirurgie

    Receptie T, 2de verdieping
    Amsterdam UMC, locatie VUmc De Boelelaan 1118 1081 HZ Amsterdam

    Telefoon: 020-4441003
    E-mail: mka.balie@vumc.nl

    In geval van spoed kunt u na 16.45 uur en in het weekend bellen met Amsterdam UMC, locatie VUmc op 020-444 4444 en vragen naar de dienstdoende MKA-chirurg.

    Tot slot
    Heeft u klachten over de bejegening door een van onze medewerkers, laat dat dan weten aan uw behandelend arts. Zo’n gesprek kan zeer verhelderend werken. Bovendien is het voor de arts belangrijk te weten dat u een probleem heeft. U kunt dan samen zoeken naar een oplossing.