Thuismonitoring

Informatie over de thuismonitoring

In de zwangerschap kan het voorkomen dat er noodzaak is tot een meer intensieve bewaking van de zwangere vrouw en haar ongeboren kind. Deze intensieve bewaking betekent vaak eerst een opname in het ziekenhuis. Als dan blijkt dat de klinische situatie stabiel is, kan deze intensieve bewaking thuis worden voortgezet. We spreken dan van Thuismonitoring en wordt gezien als een verplaatste ziekenhuisopname.

      Hoe werkt de thuismonitoring

      De coördinatie verloopt via de klinisch verloskundige van het Amsterdam UMC locatie AMC. U krijgt een CTG apparaat en alle benodigdheden mee naar huis. Met deze apparatuur kunt u een hartfilmpje van de baby maken, een cardiotocogram (CTG), en indien nodig kunt u ook zelf uw bloeddruk meten. De klinisch verloskundige geeft u uitleg over de apparatuur, waarna u zelf in staat bent het CTG te maken. U heeft dagelijks telefonisch contact met de klinisch verloskundige van de thuismonitoring over het CTG en hoe het met u gaat.

      De aanvraag van de zorg in de thuismonitoring wordt gedaan door uw behandelend gynaecoloog. De behandelend gynaecoloog is eindverantwoordelijk voor de zorg. Volgens afspraak is er dagelijks overleg tussen de klinisch verloskundige van de thuismonitoring met de dienstdoende gynaecoloog van uw ziekenhuis. Hierbij worden uw controles en het CTG van die dag besproken. In het geval van klachten of symptomen of het begin van de bevalling neemt u direct contact op via het algemene telefoonnummer dat u via uw behandelend arts hebt gekregen.

      Voorwaarden thuismonitoring

      Om in de thuismonitoring te kunnen, moet er voldoende ziekte-inzicht en verantwoordelijkheidsgevoel zijn.

      Bovendien moet er voldoende en adequate mantelzorg zijn en voldoende voorzieningen om veilig thuis te kunnen verblijven. De afstand van uw huis tot uw behandelend ziekenhuis mag niet langer dan 30 minuten zijn.

      Tijdens de periode van thuismonitoring moet u telefonisch bereikbaar zijn voor de klinisch verloskundige van de thuismonitoring en/of uw arts. Te allen tijde moet u direct per auto naar het ziekenhuis kunnen worden gebracht bij klachten of symptomen of een afwijkende meting of het starten van de bevalling.

      Instructie voor het maken van het CTG

      U ontvangt in de ochtend een link via de mail om het bestand te versturen. Het CTG dient gemaakt te worden tussen 9-12 uur, gedurende minimaal 30 minuten. Op het papier schrijft u uw naam, geboortedatum, de datum van het CTG en de gevraagde controles. Van het papier maakt u 1 overzichtsfoto welke u via de link naar ons mailt en belt of smst u naar de klinisch verloskundige om te laten weten dat u het bestand hebt verstuurd. De klinisch verloskundige zal samen met een arts het CTG en de controles beoordelen, waarna u hiervan een terugkoppeling krijgt. Bij vragen, klachten of problemen met het apparaat kunt u altijd contact opnemen met de klinisch verloskundige van de thuismonitoring.

      Afsluiten thuismonitoring

      Binnen twee dagen na het afsluiten van de thuismonitoring moet de apparatuur compleet ingeleverd worden in het Amsterdam UMC locatie AMC op de afdeling H3zuid.

      Werktijden

      De klinisch verloskundige van de thuismonitoring is dagelijks bereikbaar van 09.00 tot 13.00 uur. Telefoonnummer: 06-29675962.

      Op dinsdag en/of vrijdag vinden de controles plaats in het ziekenhuis.

      Contact