Bestraling bij gynaecologische kanker

Bij gynaecologische kanker kan een deel van de behandeling bestaan uit bestralingen. Een ander woord voor bestralingen is radiotherapie.

Gynaecologische kanker is bijvoorbeeld baarmoederhalskanker (cervixcarcinoom),  baarmoederkanker (endometriumcarcinoom of baarmoedersarcoom), eierstokkanker (ovariumcarcinoom), vaginakanker of schaamlipkanker (vulvacarcinoom)

Inwendige vrouwelijke geslachtsorganen

a. eileiders b.eierstokken c.baarmoederlichaam d. baarmoederhals e. baarmoedermond f. vagina (schede) (illustratie:KWF, bron:kanker.nl)
a. eileiders b.eierstokken c.baarmoederlichaam d. baarmoederhals e. baarmoedermond f. vagina (schede) (illustratie:KWF, bron:kanker.nl)

De radiotherapie bestaat uit uitwendige bestralingen. Vaak worden deze gecombineerd met één of meerdere inwendige bestralingen.  In een enkele situatie wordt er alleen inwendige bestraling gegeven. Hieronder volgt informatie de uitwendige bestraling .

Chemotherapie en soms hyperthermie (warmtebehandeling) kunnen ook deel uit maken van de behandeling.

Over de chemotherapie en de mogelijke bijwerkingen hiervan krijgt u apart voorlichting van uw oncoloog. De hyperthermie wordt op de afdeling Radiotherapie gegeven. Meer informatie vind u op de hyperthermie pagina.

Het doel van bestralen?

Het doel van de bestralingsbehandeling is de kanker te laten verdwijnen en/ of de kans op terugkeer van de kanker zo klein mogelijk te maken.

Welk gebied wordt bestraald?

Het gebied dat bestraald wordt noemen we het doelgebied. Uw behandelend arts stelt het doelgebied vast. Het doelgebied is meestal het gebied waar de kanker zit of heeft gezeten en  vaak ook de lymfeklieren in het bekkengebied.

Voorbereiding op de bestraling

Voorlichtingsgesprek

Na gesprek met de arts volgt er een persoonlijk gesprek met een medewerker van de Voorlichting Radiotherapie.  Dit gesprek kan op een andere dag zijn.

U krijgt uitleg over de scan(s) die voor de bestralingen worden gemaakt, over de bestralingen en evt de hyperthermie. Natuurlijk kunt u vragen stellen.

Als er ook inwendig bestraald wordt, wordt hierover uitleg gegeven in een 2e gesprek. Dit gesprek is meestal in de laatste week van de uitwendige bestralingen.

Diverse onderzoeken

Als voorbereiding op de bestraling worden vaak een PET-, een CT en/of een MRI-scan gemaakt. De arts gebruikt de scans om het gebied te bepalen dat bestraald gaat worden. Soms kunnen eerder scans gebruikt worden, maar meestal moeten ze opnieuw gedaan worden.

PET-scan, CT-scan en MRI PET-scan, CT-scan en MRI

·  PET-scan
Met een PET-scan kunnen we kanker en infecties opsporen. Voor een  PET-scan krijgt u een kleine hoeveelheid radioactief suiker toegediend. Kankercellen en ontstekingscellen verbruiken veel energie en hebben dus veel brandstof nodig in de vorm van suiker (glucose). Met een PET-scan kunnen we zien waar het radioactief suiker in uw lichaam gebruikt wordt.

Via een bloedvat in de arm krijgt u een contrastmiddel toegediend. Door dit contrastmiddel zijn de bloedvaten beter zichtbaar.

·  CT-scan
Op een CT-scan kunnen we goed zien hoe uw lichaam er van binnen uit ziet.

Vóór de scan krijgt u water met een contrastmiddel te drinken. Daardoor zijn de darmen goed zichtbaar op de CT-scan. Omdat we de scan willen maken met een volle blaas, mag u niet naar het toilet totdat de CT-scan klaar is.

Ook via een bloedvat in de arm krijgt u een contrastmiddel toegediend. Door dit contrastmiddel zijn de bloedvaten beter zichtbaar op de CT-scan.

Om de vagina goed zichtbaar te maken wordt er een beetje gel met een contrastmiddel ingebracht door middel van een dun buisje.

Tijdens de PET-scan of de CT-scan zullen bestralingstherapeuten een aantal stipjes (tatoeage-puntjes) op uw lichaam aanbrengen. Deze stipjes zijn nodig om u later op het bestralingstoestel in de juiste houding te kunnen leggen. Deze stipjes vervagen na een paar jaar.

·  MRI-scan
Vaak wordt er ook een MRI-scan gemaakt. Met een MRI-scan kunnen we weer op een andere manier de binnenkant van uw lichaam goed zichtbaar maken. De arts vertelt u of een MRI-scan nodig is.

Deze scan maken we met een lege blaas. U mag dus voor de scan uitplassen.

Om ook de darmen rustig te houden krijgt u een injectie in uw bovenarm of bovenbeen.

Om de vagina goed in beeld te brengen wordt een beetje gel met contrastmiddel ingebracht door middel van een dun buisje.

Behandeling

Het bestralingsapparaat heet een lineaire versneller. Dit apparaat richt een bundel röntgenstralen van hoge energie op het gebied dat bestraald moet worden. Het aantal uitwendige bestralingen ligt meestal tussen de 23 en 28 keer. In een enkel geval zijn het er meer. De arts op onze afdeling bepaald het aantal bestralingen . De bestralingen vinden plaats op alle werkdagen, 5x per week, 1x per dag. Gemiddeld duurt uw afspraak 15-20 minuten. De bestraling zelf duurt maar enkele minuten.

Lineaire Versneller
Lineaire Versneller

Voor de bestraling leggen de bestralingstherapeuten u in de goede houding. Zij gebruiken hierbij de tatoeage puntjes. Daarna verlaten zij de bestralingsruimte. Eerst wordt er een controle-scan gemaakt. Als het nodig is wordt de tafel waarop u ligt nog iets verschoven, zodat u helemaal in de juiste positie ligt. Daarna wordt u bestraald. Van de bestraling voelt en ziet u niets. U hoort alleen een zoemend geluid.

Wat kunt u zelf doen?

Bij de bestraling is het belangrijk om een gevulde blaas te hebben. Door de gevulde blaas komt er minder straling  in de blaas. Ook duwt de blaas de darmen omhoog waardoor de darmen minder straling krijgen. Ons advies voor een goed gevulde blaas:

1½ uur voor de CT-scan of bestraling te plassen en daarna direct een ½ liter water te drinken.

Na de bestraling mag u weer naar het toilet en kunt u uitplassen

Gedurende uw behandeling heeft patient eenmaal per week een controle-afspraak met de behandelend arts.

Daarnaast zal er ook een afspraak in worden gepland met doktersassistente ivm huidverzorging en bij de casemanager

Welke bijwerkingen kunnen optreden?

De bestraling kan bijwerkingen geven. Hoeveel last u daarvan krijgt verschilt per persoon. Vaak vallen de klachten heel erg mee.

Bijwerkingen die kunnen optreden tijdens de behandeling.

Bijwerkingen die veel later na de behandeling kunnen optreden.

Het expertisecentrum ELEGANT (Expertisecentrum Late Effecten Gynaecologische kANker AmsTerdam) biedt zorg aan vrouwen die last hebben van bijwerkingen van hun behandeling voor gynaecologische kanker.

Na de behandeling?

Twee tot drie weken na afloop van de bestralingen heeft u een controle afspraak met de radiotherapeut. Door uw persoonlijke situatie kan dit anders zijn. Deze afspraak is bedoeld om te controleren of de bijwerkingen van de bestraling minder zijn en om eventuele vragen van u te beantwoorden. Na afloop van de bestralingsbehandeling blijft u onder controle bij uw gynaecoloog en uw arts op de afdeling Radiotherapie.

Meer informatie?

Er staat meer informatie op de volgende websites:

Informatie per kankersoort: www.kanker.nl

Patientenverenigingen:
Netwerk voor vrouwen met gynaecologische kanker: www.olijf.nl
Vruchtbaarheidsproblematiek: www.freya.nl
Intimitiet en seks met/na kanker: www.kankerenseks.nl
Jong en kanker: www.Aya4net.nl
Informatie voor kinderen en jongeren met een ouder met kanker: www.kankerspoken.nl

Voeding:
Informatie van experts: www.voedingenkankerinfo.nl
Handige tips en recepten gericht zich op smaakveranderingen: www.beleefjesmaak.nl

Stoppen met roken:
informatie over vergoedingen: www.ikstop.nu
online training: www.mijnkoersroken.nl

Werken en kanker:
www.werkenenkanker.nl
www.stap.nu

De behandelend arts geeft natuurlijk ook antwoord op alle vragen.

De Voorlichting van de afdeling Radiotherapie kan U ook meer uitleg geven. Zij zijn bereikbaar via e-mail (voorlichting-radiotherapie@amc.nl)